4-maandentraject voor gemeentelijke afdelingen Ruimtelijke Ordening

4-maandentraject voor gemeentelijke afdelingen Ruimtelijke Ordening

Erfgoedverordening blijft van kracht in overgangsfase omgevingsplan
In elke gemeente gelden zo’n 6 tot 10 verordeningen die een link hebben met de fysieke leefomgeving. Dat wil zeggen dat de naam van de verordening bij de eerste indruk associaties oproept bij het brede criterium van de fysieke leefomgeving uit de Omgevingswet. Dit zijn bijvoorbeeld:
– Afvalstoffenverordening
– Algemene plaatselijke verordening (APV)
– Algemene verordening ondergrondse infrastructuren
– Bomenverordening
– Erfgoedverordening

De Erfgoedverordening is gebaseerd op de Erfgoedwet. Deze verordening bevat een groot aantal artikelen die betrekking hebben op het beschermen van een deel van de fysieke leefomgeving: erfgoed. Volgens de VNG moeten gemeenten gedurende de overgangsfase – tot 2032 – regels over onroerend cultureel erfgoed die gekoppeld zijn aan de locatie, vanuit de Erfgoedverordening overbrengen naar het nieuwe omgevingsplan. Het is belangrijk om deze artikelen niet klakkeloos over te nemen, maar te bekijken of deze passen in de systematiek van het nieuwe omgevingsplan. Kun je er praktisch mee werken, is een belangrijke vraag. Overleg met je collega’s van monumenten en erfgoed of de bestaande regels uit de verordening praktisch toepasbaar zijn. Als er nu al problemen mee zijn, neem ze dan niet over in het nieuwe omgevingsplan.

De gemeentelijke Erfgoedverordening blijft gelden gedurende de fase van het overgangsrecht naar een nieuw omgevingsplan. Dit volgt uit artikel 22.4 Omgevingswet juncto artikel 2.8, onder B van de Invoeringswet omgevingswet. Dit wordt nog eens bevestigd in een uitspraak van de rechtbank Den Haag van 4 juni 2025, ECLI:NL:RBDHA:2025:9830.

erfgoedverordening